Een chinchillaverblijf moet aan de volgende eisen voldoen:
- De kooi moet zijn bewoners binnenhouden. Dit mag simpel lijken, maar knaagdieren ontsnappen geregeld. Een niet sluitend deksel, kieren, gaatjes of spijltjes die te wijd zijn: chinchilla’s kunnen zich heel smal maken!
- De kooi mag niet te hoog zijn (niet meer dan 1.00 m.). Omdat chinchilla's klauteraars zijn en geen springers.
- Het verblijf moet veilig zijn voor dier en mens. Geen uitstekende spijkers of andere voorwerpen, scherpe glasranden of naar binnen vallende deksels.
- De kooi moet eenvoudig schoon te maken zijn. Dit houdt in dat er geen hoekjes of gaatjes mogen zijn waar u slecht met schoonmaakmiddelen bij kunt.
- Het materiaal waar het verblijf van gemaakt is mag geen vocht of geurtjes opnemen. Hout is daarom minder geschikt als bouwmateriaal voor een chinchillaverblijf, tenzij het behandeld is met een waterafstotend middel. Zorgt u wel voor aluminium strips op de randen van het hout aan de binnenzijde van de kooi, i.v.m. knagen. Wanneer hout de urine van een chinchilla opneemt gaat het stinken en rotten. Materialen als glas en trespa zijn daarentegen uitstekend, maar ook hier geldt weer dat chinchilla’s niet aan het plastic mogen knagen. Tegenwoordig zie je steeds meer ideale verblijven met een geanodiseerd aluminium frame, zijwanden en een achterwand van trespa, en de voorzijde een deur van stevig nertsengaas met een aluminium frame.
- De opening van de kooi moet groot genoeg zijn om in de totale ruimte van de kooi te kunnen komen. Niet alleen om goed te kunnen schoonmaken, maar ook om de chinchilla’s eventueel te kunnen vangen. Als het deurtje te klein is kan de chinchilla zich in een hoekje verstoppen en kunt u er niet bij.
- Het verblijf moet goed worden geventileerd. Wanneer de bodembedekking doordrenkt is met urine blijft de ammoniakgeur onderin de bak hangen. Bij onvoldoende ventilatie kunnen chinchilla’s daar last van krijgen.
Een maatje !!! Waarom 2 dieren ?
Het zijn en blijven groepsdieren, dit natuurlijke instinct kunnen wij mensen niet weghalen. Mijn ervaring is ook dat 2 dieren uiteindelijk tammer zullen worden dan wanneer een chinchilla alleen wordt gehouden, immers, het dier zal angstig blijven omdat het zich niet 100% prettig voelt. Chinchilla’s kunnen wel 15 jaar oud worden.
Voeding :
Voer kan in stevige aardewerken bakjes in de kooi gezet worden. Chinchilla’s mogen enkel speciale chinchilla-pellets. Dit zijn kleine, donkergroene staafjes, en bestaan uit samengeperste graansoorten en hooi. Ook bevatten deze staafjes vitamines en mineralen, afgestemd op de behoefte van een chinchilla. Voldoende hoeveelheid ruwvezel is belangrijk voor het functioneren van het maagdarmkanaal, dus moeten chinchilla’s altijd vers en droog hooi tot hun beschikking hebben. Wanneer echter voldoende ruwvezel gegeven wordt via bv. pellets is het nog steeds noodzakelijk hooi bij te voeren.
Water kan in glazen flessen worden gegeven. Deze kunnen aan de buitenkant van de kooi opgehangen worden. Er dient altijd vers drinkwater in het chinchilla-verblijf aanwezig te zijn. Geef het water in een drinkfles, liefst met een glazen of metalen drinktuit, zodat deze niet kan worden stuk geknaagd.
Geef het dier altijd knaagmateriaal, zodat zijn gebit gelijkmatig afgeslepen wordt. Tevens is het een vorm van vermaak. Omdat knaagdieren altijd knagen, slijten hun voortanden af.